A room with a view

16 september 2015 - Banjar, Indonesië

Het dorpje Munduk blijkt best hoog in de bergen te liggen (oeps! Das niet echt handig als je dezelfde ochtend nog gedoken hebt...), en ons guesthouse is er een in de wat meer simpele. We komen aan het eind vd middag aan, en vangen nog een glimps op van de zonsondergang. Het is gezien de hoogte aardig fris voor Indonesische begrippen, dus het meegenomen vestje komt wederom van pas. We eten in een warung, even verderop. De eigenaar is gastheer, ober en kok in z'n eentje, maar dat doet niets af aan de ervaring. De voornaamste bezienswaardigheden zijn wandeltochten in de bergen, en dat lijkt ons een prima idee voor morgen. De spierpijn van de beklimming van de Bromo is inmiddels wel weg, dus hoog tijd voor wat nieuwe lichaamsbeweging! Onze kamer heeft twee zeer krakkemikkige eenpersoonsbedjes maar is verder prima. Als we de volgende ochtend de gordijnen opzij doen, worden we verrast door het fenomenale uitzicht op de vallei. Wauw! Na het ontbijt op het dak van het gebouw (waar het uitzicht dus ook prachtig is), vertrekken we met een huisgemaakte kaart voor onze wandeltocht. Eerst een stukje het dorpje in, en al snel slaan we een piepklein weggetje het bos in. Hoewel we een kaart meehebben, blijken er nog vele andere weggetjes niet op te staan, waardoor we vaak moeten terugvallen op intuitie, richtingsgevoel en geluk. Toch lopen we steeds verder het bos in. Onze aandacht wordt gewekt door mensen die met bamboeladders in bomen iets aan het plukken zijn. Geen idee, maar zodra we er een zien, ontdekken we ze overal, zowel de bomen als de plukkers trouwens. Een blik in het mandje laat zien dat er een soort groen rode steeltjes/stampertjes worden geplukt. We lopen verder. Nu zien we bij een huis een enorm zwart zeil op de grond liggen met ook allemaal zelfde soort steeltjes, maar nu duidelijk donkerbruin verkleurd door de zon. Bij dichterbij komen herken ik de, overigens zeer sterke, geur van mijn moeder die een donkerbruine soort cake uit de oven haalt : kruidkoek en dus kruidnagel! Overal zijn hier dus mensen op plantages bezig om de bloemen steeltjes te plukken, waarna de takjes gescheiden worden en de nageltjes zelf in de zon worden gedroogd tot de vorm waarin wij ze kennen. Grappig om eens te zien waar dit dus vandaan komt. We lopen verder en komen nu langs een bamboe plantage, waar oa de laddertjes dus vandaan komen. Het pad kronkelt nu echt naar beneden, en al snel horen we het rommelende geluid van een waterval. De eerste waterval is mooi, maar niet heel groot. We lopen verder richting de 2e waterval die op onze route zou liggen, en komen langs wederom een fantastische Indonesische uitvinding, de betaalpoort. De "bewaker" vertelt dat we pas verder mogen als we een ticket hebben gekocht. Pardon? Nou vooruit dan maar. Morrend krijg ik weer een of ander papiertje met Indonesisch gebrabbel erop. We lopen verder. Wanneer we nu bijna bij de volgende waterval zijn, worden we weer tegen gehouden. Of we nog even een toegangsticket willen kopen. Nee, hebben we net al gedaan. Maar voor deze waterval bleek je weer een ander soort ticket nodig te hebben, die we uiteraard alleen bij hem kunnen krijgen. Ik geloof er niets van, maar hij laat ons er echt niet in. Stom! Uiteindelijk komen we toch maar over de brug, maar ik ben een beetje klaar met al die malafide praktijkjes. Allemaal grote dwingende verhalen, maar je wordt gestraft op je onwetendheid. Gelukkig is de 2e waterval prachtig en groots, dus de aandacht is snel afgeleid. Hierna lopen we verder het pad af, en hebben de grootste moeite om een bepaalde afslag te vinden. We vinden wel een minuscuul paadje waarvan we denken dat dat de goede weg moet zijn. Even later staan we in een rijstveld. Maar echt letterlijk in een rijstveld dus. Niet helemaal de bedoeling, maar wel mooi om de terrassen van zo dichtbij te kunnen bekijken. Een rijst boer kijkt met verbazing naar hoe de blanke toeristen langs komen lopen, naar wijst ons vriendelijk de weg. Even later wordt het pad waar we lopen een paadje, en nog later een vage richting. We kunnen nu de kaart niet meer volgen, maar vinden wel vrij snel de route naar de hoofdweg terug. Eenmaal terug bij ons guesthouse zijn we flink stuk van de tocht. Gelukkig is het uitzicht nog steeds fenomenaal, en we zien nu vanaf ons balkon de rijstvelden waar we niet al te lang geleden liepen. Savonds eten we bij een heerlijk restaurantje ergens buiten, en maken plannen voor de volgende locatie. Ik zou graag langs het plaatsje Tulamben gaan, want daar ligt een zeer bekend wrak voor de kust, waar ik graag een duikje zou willen maken. We bestellen wederom een private car voor de 3,5 uur durende rit naar Tulamben.

3 Reacties

  1. Ruud Denekamp:
    16 september 2015
    Zeker al wat kilo's afgevallen met al dat lopen of wordt dat er s avonds weer ''aangegeten'' ??
    Veel plezier met het duiken.
  2. Lisette:
    16 september 2015
    Weer een leuk verhaal.
    Veel plezier met duiken en alle andere avonturen!
  3. Laura:
    17 september 2015
    Jullie reis klinkt als een uitstekende mix van activiteit en ontspanning. Ik mis in het verhaal wel de koude kletsers of ten minste iets van rijstwijn?